woensdag 10 november 2010

Autorijden in Australië

Auto rijden in Australie lijkt heel erg spannend, maar dat valt reuze mee. Oké, we moeten links rijden maar dat hebben we ook al gedaan in Schotland en Zuid-Afrika, dus dat is geen probleem.


Het spannendste is eigenlijk nog het rijden in een camper. Vooral het wegrijden in Cairns leverden de nodige zweethandjes op. En rijden met zweethandjes is geen pretje. Maar als je eenmaal op weg bent went het snel. De medeweggebruikers zijn er aangewend dat er campers rondrijden met daarop de logo's van de verhuurmaatschappijen en geven ruimte en houden wijselijk afstand van de soms stoetelende camperbestuurders. We kregen al snel een paar rotondo's dus hoe dat werkt hadden we ook snel door. Wat nog steeds lastig blijft is het inparkeren (gewoon een grote parkeerplek zoeken) en op de camping de camper netjes naast het verharde stukje terras neerzetten (gewoon goed naar de aanwijzigen van Ann luisteren)


Oké zo groot is die niet maar toch.......
 Wennen was het weer dat er links wordt ingevoegd, zeker omdat je daar niet over je schouder kan kijken. Goed op je spiegels letten dus. Met Karin aan het stuur en Ann als prima tomtom hebben we inmiddels al zo'n 4000 kilometer afgelegd en hebben we al heel wat gezien onderweg.

Wat zeker spannend was was de rit naar O'Reilly's, een rit van zo'n 2 uur bergop met stijgingspercentage's van soms 15%, smalle weg en enorme scherpe haarspeldbochten. En kom je dan boven dan weet je dat je ook dezelfde weg weer terug naar beneden moet en hoop je maar dat je niet te veel auto's van de andere kant aankomen. Het uitzicht op de berg..... dat heb ik 's avonds op de foto's gezien die Ann onderweg heeft gemaakt.


De snelweg is hier niet alleen voor auto's maar ook voor fietsen en soms zie je zelfs een scootmobiel langs scheuren, je moet dan ook goed uitkijken wanneer je uitvoegt. In tegenstelling tot in Nederland houdt iedereen zich keurig aan de snelheid. Er wordt veel aan de weg gewerkt en wanneer er een snelheidsbeperking geldt gaat iedereen langzamer rijden. Heel verstandig want de politie is streng en de boetes zijn hoog.

De gemiddelde afstand die je hier per uur aflegt is niet zo groot. Een rit van 400 kilometer, daar kan je zomaar 6 of 7 uur over doen. De snelweg gaat hier door dorpjes heen (max 50 km) je weet nooit hoeveel klimmetjes je onderweg tegenkomt en hoeveel "roadworks" er zijn.

Hoe verder je naar het zuiden gaat hoe drukker het wordt. Rijd je tot Brisbane nog over 2-baans wegen, daarna worden het steeds meer 4-baans wegen en begint het steeds meer op Nederland te lijken. In het noorden kan je uren rijden zonder te worden ingehaald, in Sydney is het net zo lastig om de stad in en uit te komen als in Den Haag. En goed opletten dat je de afslag neemt die je moet hebben het kan anders zo maar voorkomen dat het een hele tijd duurt voor er weer een afslag komt. In de buurt van Darwin was het zelfs zo (volgens de gids) dat wanneer je een bepaalde afslag mist, je 2000 kilometer om moet rijden. (je kan ook gewoon omdraaien en alsnog de afslag nemen lijkt mij)


Ook de verkeersborden zijn natuurlijk heel anders. In Nederland zal je geen bord tegenkomen dat de weg kan overstromen met daarnaast een paal hoe hoog het water kan komen. (Hebben we gelukkig nog niet meegemaakt) Of waarschuwingsborden voor overstekende kangaroo's, possems of koala's.

 
 
 


Kortom ook al maken we af een toe een reisdag van zo'n 6 of 7 uur, vervelen onderweg doen we ons beslist niet.

Geen opmerkingen: